vogelrichtlijn

De Vogelrichtlijn (Richtlijn 79/409/EEG van de Raad van 2 april 1979 inzake het behoud van de vogelstand) is een richtlijn van de Europese Unie. Het doel is de bescherming, het beheer en de regulering van de in de lidstaten voorkomende vogels. De bescherming van soorten en de aanwijzing van beschermde gebieden voor specifieke soorten van Bijlage I en voor trekvogels zijn verwerkt in de Wet natuurbescherming. Voor meer informatie: Vogelrichtlijn.

Categorieën

  • De soort is een trekvogel. Voor trekvogels die geregeld in ons land voorkomen, moeten speciale beschermingsmaatregelen worden getroffen. Nederland moet voor deze soorten beschermde gebieden aanwijzen. De trekkende watervogels zijn gebruikt voor de gebiedsselectie (selectiesoort). De overige trekvogels voor de precieze begrenzing van de geselecteerde gebieden (begrenzingssoort).

  • De soort is genoemd in bijlage I van de Vogelrichtlijn. Voor soorten van bijlage I die geregeld in ons land voorkomen, moeten speciale beschermingsmaatregelen worden getroffen. Nederland moet voor deze soorten beschermde gebieden aanwijzen. Voor de soorten die na 1900 in het wild in Nederland zijn waargenomen was het niet mogelijk of nodig om in Nederland gebieden te selecteren als vermeld staat `geen selectiesoort`.

  • Soort is genoemd in bijlage II/1 van de Vogelrichtlijn. Op soorten van bijlage II/1 mogen alle lidstaten van de EU de jacht openen. Soorten die na 1900 in het wild in Nederland zijn waargenomen, zijn geselecteerd.

  • Soort is genoemd in bijlage II/2 van de Vogelrichtlijn. Op soorten van bijlage II/2 mogen de bij de betreffende soort genoemde lidstaten de jacht openen. Soorten die na 1900 in het wild in Nederland zijn waargenomen, zijn geselecteerd.

  • Soort is genoemd in bijlage III/1 van de Vogelrichtlijn. Soorten van bijlage III/1 mogen worden verhandeld als ze op geoorloofde wijze (bijvoorbeeld als jachtbuit) zijn verkregen. Soorten die na 1900 in het wild in Nederland zijn waargenomen, zijn geselecteerd.

  • Soort is genoemd in bijlage III/2 van de Vogelrichtlijn. Soorten van bijlage III/2 mogen onder bepaalde beperkingen worden verhandeld als ze op geoorloofde wijze zijn verkregen en voorzover de handel niet leidt tot het in gevaar brengen van de soort. Soorten die na 1900 in het wild in Nederland zijn waargenomen, zijn geselecteerd.